God van de Maand: Cailleach

De Keltische godin Cailleach

Deze keer verschijnt de Godheid van de maand november… al in oktober. Ze heeft namelijk een link met Samhain! Hoe dat precies zit, lees je verderop in het artikel.

De Keltische goddelijke crone-heks Cailleach - in Ierland ook wel Cailleach Bhéara genoemd - heeft zeer waarschijnlijk een oeroude, pre-Keltische oorsprong. Vermoedelijk komt haar naam van het oude cailegh wat ‘de gesluierde’ betekende. Maar zij heeft de tand des tijds doorstaan: tot op de dag van vandaag betekent cailleach in het Iers en Schots Gaelic nog steeds ‘oud vrouwtje’ of ‘heks’.

Cailleach is de godin van de schepping, het weer (met name stormen en ruwe winden), winter, de wilde natuur (vooral in de winter), wolven en gehoornde dieren. Dit zit ook ingebed in haar Ierse naam: Cailleach Bhéara betekent zoiets als ‘scherp, schel, snerpend, doordringend’ en zou gelinkt zijn aan de winter, en de dieren en natuur in de winter. 

In oorsprong was Cailleach een erg belangrijke godin: ze zou de schepper zijn van het land, en de moeder van alle andere goden en godinnen, aldus de oude Schotten. Ze wierp overal stenen neer en maakte zo hun heuvelachtige landschap. Nog steeds dragen diverse hoge heuvels daar haar naam. Door het sjouwen en werpen van de stenen raakte haar lichaam steeds verwrongener. Ze wordt als een kromme, verschrompelde oude vrouw afgebeeld met bleekblauwe huid en een dierlijk gebit met slagtanden. Maar er zijn varianten. Soms zijn de tanden rood. Soms heeft ze drie gezichten: in Ierland werd ze als triple goddess beschouwd. Soms heeft ze hoorns op haar hoofd, of zit er een kraai, uil of andere vogel op haar schouder, of is ze cycloop (één oog midden op haar voorhoofd) of heeft wel twee ogen maar is één ervan blind.
Ze was de trotse bezitster van de Ketel van Dood en Wedergeboorte, die symbool staat voor de donkere, welhaast chaotisch te noemen energie waaruit alles ontstaat maar ook alles weer naar terugkeert, in een eeuwigdurende cyclus. Doordat Cailleach in de ketel roert, blijft de inhoud in beweging en kan deze kosmische recycling en reïncarnatie ook plaatsvinden. In vrijwel elke afbeelding heeft ze dan ook een staf in de hand. Deze staf gebruikt ze als magische roerstok in de ketel. Ze kan dus zowel scheppen, als vernietigen, en is ook de ‘gatekeeper’ van de overgegane zielen die wachten op reïncarnatie.

Omdat ze vooral geassocieerd wordt met het donkere deel, de winter, de dood, de ongetemde wilde stormen, de kou, ligt ook de associatie met Samhain en de voorouders voor de hand. Zij wordt daarom ook wel gezien als de godin van Samhain. Met Samhain staat ze op om haar taak als Koningin van de Winter op zich te nemen. Met elke stap tikt haar staf - de magische roerstok, dus - op de aarde en verkilt deze weer wat verder. In die periode voert ze ook de Wilde Jacht aan, rijdend op een wolf door de hemel. Haar regeerperiode duurt tot Beltane. Afhankelijk van de diverse mythes zal ze dan ófwel het stokje voor de andere helft van het jaar overdragen aan Brigid en zelf in die periode verstenen, ófwel van de Bron der Jeugd drinken om in haar maiden- en motherfase te regeren tot Samhain (waarbij ze een soort samensmelting van Brigid en Cailleach wordt).

Volkslegende

Het zal je wellicht opgevallen zijn dat dit een vreemde planning is: waarom draagt ze het over op Beltane, terwijl Brigid al met Imbolc ontwaakt? Daar is een leuke volkslegende over. Met 1 februari (Imbolc, dus) wordt goed gekeken welk weer het is. Cailleach kan het weer beïnvloeden, dus is het die dag mooi weer, dan duurt de winter nog lang. Immers, ze zorgt voor mooi weer, zodat ze nog flink wat hout kan sprokkelen om haar huisje nog langer te verwarmen. Maar is het slecht weer, dan hoeft ze niet meer zo veel hout en zal de winter niet lang meer duren. Dan heeft ze kennelijk al genoeg van de winter gehad. Een ondeugender versie zegt dat ze zich dan verslapen heeft, geen tijd meer heeft om nog een mooie dag te maken. Mopperend accepteert dat ze niet zo veel hout meer kan verzamelen en dus vanaf dan voor beter weer moet zorgen om haar huisje te kunnen verwarmen ;)

Fun fact

Dit al-dan-niet-mooi-weer-in-februari is via westerse immigranten naar de VS meegenomen en is daar nog terug te vinden in ‘Groundhog Day’. Op 2 februari, zo stelt men daar, ontwaakt de bosmarmot en komt uit diens hol. Ziet het beestje diens eigen schaduw (oftewel: is het mooi weer) dan keert die om en gaat nog enkele weken slapen: de winter zal nog langer duren. Ziet het beestje diens schaduw niet (oftewel: slecht weer) dan is het einde van de winter nabij. Ondanks het verdwijnen van de goddelijke oorsprong is het toch overduidelijk dat dit een restant is van de Cailleach-mythen.

Maar hoe dan ook, of het nou mooi weer of niet is op 1 of 2 februari: door het hele voorjaar kan Cailleach nog steeds willekeurig wat prikken uitdelen en eens een onverwacht winterse dag door het voorjaar gooien. Dit gaat zonder boosaardige intentie; het is bijna onverschillig te noemen, de willekeur waarmee dit gebeurt. Pas na Beltane kan ze dit écht niet meer doen, want dan heeft Brigid het definitief overgenomen.  

Korenmoeder

Nog een aardige volkstraditie: de korenmoeder. In het zomerartikel werd deze al genoemd als passend bij Lughnasadh. Dit jaarfeest wordt gezien als de aanvang van de drie oogstfeesten Lughnasahd (Lammas), Mabon en Samhain. Tussen Lammas en Samhain moest alle oogt binnengehaald worden voor de winter. Aangezien Cailleach de godin van de winter was, was zij ook verantwoordelijk voor de graanoogst, want deze moest mensen de winter door helpen. Boeren keken reikhalzend uit naar het moment dat hun graan rijp genoeg was. Je graan te jong oogsten kon de houdbaarheid negatief beïnvloeden, dus dat wilde je niet doen. Maar te laat oogsten had ook een nadeel… daarover zo meer!

Zodra de eerste boer diens graan kon oogsten, hield hij de laatste schoof apart. Hiervan maakte hij een korenmoeder, die in het geval van de oude Kelten dan Cailleach voorstelde. Deze Cailleach gooide hij vervolgens tussen het graan van een boer die nog niet geoogst had. Die zat op zijn beurt angstvallig te wachten tot hij zijn graan ook kon binnen halen, want daarna mocht hij de Cailleach weer op iemands anders akkers gooien! Zo zwierf de Cailleach-korenmoeder over de velden tot uiteindelijk de laatste boer diens graan kon oogsten. Omdat deze de korenmoeder nou nergens meer kwijt kon, moest hij haar mee naar huis nemen en de hele winter verzorgen. Gezien het grillige en zelfs wat nukkige karakter van de Cailleach was dit ‘risky business’ waarbij snel wat fout kon gaan. Het werd dan ook als ‘bad luck’ beschouwd als jij als boer de (on)gelukkige was die winter.

Tags: 

Reactie toevoegen

(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.
(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.
(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.